Je hond blijft maar krabben. Achter zijn oren, op zijn flank en zelfs aan zijn neus. Meestal gebruikt hij daar zijn poten voor, maar sinds een dag of twee ook zijn mond. Hij knauwt op zijn dij en hapt weer naar zijn staart, zoals hij als puppy ook deed. Toen was het vooral schattig, maar nu ben je bezorgd. Al die jeuk is toch niet gezond? Wat zou de dierenarts hiervan zeggen?

 

medicijn van dierenarts

Foto door Karolina Grabowska via Pexels

Naar de dierenarts

Tijd voor een consult. Je besluit ernaartoe te lopen, dat scheelt weer een rit. Wanneer je binnen tien minuten voor de vierde keer stilstaat omdat je hond een krabpauze inlast, weet je het zeker: het is maar goed dat je een afspraak hebt gemaakt, want hier moet de dierenarts gauw iets aan doen. Ze heeft vast een middel tegen de jeuk.

Terwijl de arts jouw viervoeter onderzoekt vertel je haar hoe je bijna te laat kwam door al het krabben onderweg. Je hebt te doen met je hond. Is er een zalfje, pilletje of druppeltje dat de jeuk verhelpt? Na de laatste checks concludeert de dierenarts dat er geen afwijkingen te zien zijn. Ze schrijft een middeltje voor dat snel zou moeten helpen. Met een pot vol groen spul op zak heb je er vertrouwen in dat het inderdaad goedkomt. Je hond is vast weer snel de oude.

 

 

Erger dan de kwaal

hond met jeuk

Foto door Karolina Grabowska via Pexels

Wat gaat hier mis? Want ja, iets gaat hier niet helemaal goed. Laten we de stappen even nalopen:


1. Je houdt van je hond en zorgt er goed voor.

2. Het valt je op dat hij zichzelf veel krabt en dat maakt je ongerust, want je wilt graag een gezonde hond die zich prettig voelt.

3. Natuurlijk ga je niet zomaar wat smeren en doen. In plaats daarvan schakel je de hulp in van een deskundige.

So far, so good. En dan:

4. Je zoekt samen naar een oplossing door het probleem in kaart te brengen en de oorzaak te achterhalen.

O nee wacht, die laatste klopt niet. Stap vier: de deskundige geeft je groen spul mee, iets met een moeilijke naam dat vast de jeuk weghaalt. Of de huid herstelt, dat kan ook. Of misschien beschermt het wel tegen vuil van buitenaf. Of het smaakt vies en weerhoudt jouw hond van knauwen. Of het verdooft. Ontspant misschien?

 

Ik zou het echt niet weten

Eigenlijk heb je geen idee wat het groene spul doet, laat staan wat erin zit. Het middel behandelt – op de een of andere manier – de kwaal, maar dat is slechts een deel van de mogelijke oplossing. Het echte probleem is namelijk niet het krabben, maar de oorzaak van de jeuk. Als je die achterhaalt kun je jouw hond effectiever én langdurig helpen.

 

Het beste medicijn

Is een zalfje van de dierenarts handig?Of jouw hond nou jeuk heeft, diarree, opstopping, verminderde eetlust, overdreven veel of juist amper energie, de beste oplossing zit hem in de oorzaak en niet in het symptoom. Sterker nog, het symptoomgericht behandelen, zoals bijvoorbeeld een zalfje tegen jeuk, doet ooit meer kwaad dan goed. Bedenk maar eens wat er gebeurt als je zelf een paracetamol neemt, bijvoorbeeld tegen knallende koppijn. Waarschijnlijk verlicht de pijnstiller het gebonk in je hoofd en voel je jezelf beter, weer in staat om wat te doen. Door de paracetamol kun je de dag (min of meer) invullen zoals je van plan was.

 

Is een zalfje van de dierenarts verstandig?Handig? Jazeker, op dat moment. Verstandig? Niet echt. Jouw lichaam gaf met de hoofdpijn een signaal af: iets in of rondom jou doet jouw lijf geen goed. Door dat signaal te onderdrukken forceer je de boel en duurt herstel vaak langer dan het geval was geweest met rust. Ook loop je mogelijk belangrijke informatie mis, waardoor de oorzaak van de pijn zich ongeremd kan uitbreiden.

 

Wondermiddel

Pijnstillers en andere middeltjes die de last van lichamelijk ongemak moeten verminderen, vertroebelen lichaamssignalen. Het wordt dan moeilijk om goed naar je lijf te luisteren. Daarom zijn dat soort medicijnen in de regel geen oplossing, maar ondersteuning. Als de oorzaak van een probleem bekend is en verholpen wordt, kan zo’n pilletje of zalfje verlichting geven. Maar wonderen verricht het niet. Voor jou niet en ook niet voor je hond of andere huisdier.

 

Dierenarts: gaan of niet?

hond met deken

Foto door Burst via Pexels

Dus dan maar niet naar de dierenarts? Dat ligt eraan. Heeft jouw hond een acuut medisch probleem? Breng dan zeker wél een bezoek aan een dierenarts. Denk daarbij aan een gebroken poot, aan wonden, verlamming en bloed bij een niet-loops teefje of een reutje. Een dierenarts is in zo’n geval echt degene die jouw huisdier nodig heeft. Bij niet-acute problemen en langdurig gekwakkel kan een dierenarts minder betekenen. Natuurlijk is het fijn als pijn en last snel verdwijnen, maar uiteindelijk heeft jouw hond toch maar weinig baat bij het onderdrukken van klachten.

Veel beter is het om de signalen die de klachten zijn, volledig overbodig te maken. Dat doe je door de oorzaak van het probleem te achterhalen, zodat je daar vervolgens naar kunt handelen. Vraag hulp aan een deskundige als je er zelf niet uitkomt. Schakel bijvoorbeeld Amber in. Dierenartsen zijn natuurlijk ook specialisten, maar zij hebben geen tijd voor uitgebreide anamneses en behandelplannen. Gelukkig heeft jouw viervoeter dat wel. Want kwakkelen is vervelend, maar geen reden tot paniek.

 

Ziek? Paniek!

Als je ziet dat jouw grote kleine vriend niet helemaal fit is, gaan er al gauw alarmbellen rinkelen. Dat is wat liefde, zorg en verantwoordelijkheid met je doen. Mooi en natuurlijk prima, maar waak ervoor dat je niet meteen mee gaat lopen rinkelen. Zie het alarm als belletje van alertheid. Je hebt de signalen gezien en nu kun je er wat mee. Ga bij milde, niet-acute problemen op onderzoek uit:

> Kijk het probleem eerst een paar dagen aan. Mogelijk gaan de symptomen vanzelf weg. Probeer te vertrouwen op het zelfherstellend vermogen van jouw hond. Dwing niet tot eten of dergelijke. > Houd het verloop in de gaten. Worden de klachten erger of nemen ze af? Op welke momenten? Verg niet teveel van je beestje. Laat een vermoeide hond met rust en bied een hond zonder eetlust slechts vrijblijvend zijn eten aan. > Ga na wat er is veranderd in de periode vlak voordat de klachten begonnen. Voor jouw hond, maar ook voor jou of eventuele huisgenoten. Zie je een verband?

Gaat het probleem niet vanzelf over of weet je niet waar te beginnen met zoeken naar de oorzaak? Schakel dan de hulp in van een dierenexpert die het probleem bij de kern aanpakt. Dat kan al door onder deze blog te vertellen over de gezondheidskwaal van jouw viervoeter.

 

Meer informatie in video in link.

 

Behandeling

Problemen met voeding, huid of energie zijn meestal reacties op veranderingen. Dit kunnen veranderingen zijn van binnenuit of van buitenaf. Bijvoorbeeld ander voer, nieuw schoonmaak- of wasmiddel, verplaatsing van voerbak, mand of kleed, eenzaamheid, bouwwerkzaamheden in of rondom huis, veel bezoek of andere drukte, een aanvaring met een buurhond of -kat, stress van een baasje of gebrek aan structuur. Wanneer je de oorzaak hebt achterhaald kun je verschillende dingen doen. Grofweg heb je twee opties:

Optie 1
Je kunt de oorzaak van het probleem elimineren.
Schakel bijvoorbeeld terug over naar het oude wasmiddel voor het kleed van de hond of probeer een derde voersoort.
Optie 2
Je kunt jouw hond trainen om te wennen aan de nieuwe situatie.
Begeleid de hond naar zijn mand bij bezoek of meng vertrouwde brokken met in verhouding steeds meer nieuw voer.

 

hond met sjaal

Foto door Benjamin Lehman via Pexels

De keuze die je maakt hangt af van:

  • de mogelijkheden die jij hebt. Een verbouwing leg je niet zomaar stil bijvoorbeeld;
  • de omvang van het probleem. Zit training er nog in? Soms kun je (in eerste instantie) niet anders dan rigoureus elimineren;
  • de moeite die je wilt doen. Trainen kost wat tijd en aandacht. Met elimineren los je het probleem mogelijk in één keer op;
  • het einddoel. Je wilt in ieder geval een gezonde, blije hond. Daarnaast wil je hem misschien weerbaarder maken, omdat veranderingen bij jouw leefstijl horen. Of je wilt besparen en maakt daarom andere productkeuzes. Het helpt als je weet waar je naartoe wilt en waarom.

 

 

Doktersadvies

Jij bent zijn baasjeEen hond met klachten is niet per se een zieke hond. Ook gezonde honden hebben af en toe een lusteloze dag. Jij hebt net zo goed vast weleens weinig trek of energie, een rusteloze buik, slechte zin of een schrale huid. En als een milde klacht een paar dagen aanhoudt, keert een dokter je in de meeste gevallen ook niet meteen helemaal binnenstebuiten. Houd voor je hond eenzelfde maatstaf aan.

En ga je toch naar de dierenarts, vanwege acute nood of omdat je terugkerende klachten toch niet helemaal vertrouwt, onthoud dan dat jij het baasje bent van jouw hond. Je bent in zekere zin dus de stem van jouw viervoeter. Wat wel of niet goed werkt voor jouw hond, nu en in het verleden, kan die zelf niet vertellen. Daar heeft jouw beestje jou voor nodig.

 

Aagje, Jip en Janneke bij de dierenarts

Wees daarom nieuwsgierig naar wat de dierenarts doet en zegt. Wat adviseert hij of zij? En waarom? Wat gaat het groene spul, de roze pil of gele druppel doen? Als je het in jip-en-janneketaal kunt navertellen is het goed. Dan begrijp je wat de dierenarts voorschrijft en waarom, met als grote voordeel dat je later – bij nieuwe of aanhoudende milde klachten – sneller en beter weet wat jouw hond nodig heeft, en wat niet. Zo zorg je er als baasje voor dat jouw hond een gezonde hond is.

 

Hoe gaat het nu met jouw hond? En wat doe je als die niet fit is?
Laat het Amber weten in een reactie onder deze blog. 

Ik wens je een dag vol energie!